Hoe socialiseer ik mijn pup?
Impulsief een hond in huis halen is het slechtste wat je kan doen, zowel voor de hond als voor jezelf. De volgende 15 jaren zal je de volle verantwoordelijkheid dragen over de hond. Je kiest dan ook best een hond die bij je past. Het karakter van de hond jouw levenswijze, je gezin, de tijd die je vrij kan maken voor de hond… het speelt allemaal een rol bij je keuze.
Pups zijn vertederend en het valt niet mee om uit een heel nest één schattig diertje te kiezen. Wanneer men een pup koopt, stelt men zich de toekomst heel zonnig voor. Het zal een lieve hond worden die goed luistert en je bent bereid daar alles voor te doen. In de praktijk valt het een beetje tegen en blijkt opvoeden tot een probleemloze hond zich toch niet zo gemakkelijk. Gemopper en irritaties overschaduwen het plezier met de pup. Het is belangrijk je af te vragen wat je later met je hondje wil: wens je een gewoon vriendje voor de gezelligheid of wil je met de volwassen hond een bepaalde sport gaan beoefenen. Een goede opvoeding en socialisatie van je pup zijn noodzakelijk om samen vele aangename jaren te kunnen doorbrengen.
Socialisatie.
Socialisatie is het leren omgaan met andere levende wezens: honden, andere dieren en mensen. In onze maatschappij leven honden en mensen dicht bij elkaar. Het is daarom erg belangrijk dat honden op de juiste manier met de mensen leren omgaan. Hoe sociaal een hond wordt in zijn volwassen leven hangt vooral af van zijn ervaringen voor hij 12 weken oud is.
De meeste pups worden verkocht als ze 6 tot 9 weken oud zijn. Op dat moment zitten ze midden in een gevoelige periode die ook wel socialisatieperiode of inprentingperiode wordt genoemd. Pups gaan door de socialisatieperiode wanneer ze tussen de 3 tot 12 weken oud zijn. Tussendrie en zeven weken leert een hond bijvoorbeeld dat hij hond is. Hij leert omgaan met soortgenoten. Pups die te vroeg van de moederhond worden gescheiden en met de fles worden grootgebracht vertonen vaak moeilijk en onaangepast gedrag. Dus reden genoeg om een flessenpup te laten zitten waar hij is!
Niet alleen een familiehond moet sociaal opgevoed worden, ook een showhond of een werkhond mag niet bang zijn van onbekenden. Een jachthond mag collega-honden niet aanvallen en een politiehond valt best geen brave onbekenden lastig.
Taak van de fokker.
Het is erg belangrijk dat je weet dat je pup genoeg van de wereld heeft gezien voordat hij bij je komt. Dit houdt in dat de fokker een grote taak heeft en het is nodig dat je daarover zekerheid hebt. Sommige fokkers houden hun moederhond en haar pups buiten de deur in een kennel. Op zich is daar niets mis mee maar zo bestaat het gevaar dat de pups opgroeien zonder veel indrukken van het normale leven. Daardoor worden ze later angstig en terughoudend. Hoe meer mensen je hondje ziet, des te opener zal hij zich ontwikkelen. Een open karakter is tegenwoordig belangrijk. Omdat we allemaal dicht op elkaar leven kunnen we geen hond hebben die erg wantrouwend is tegenover vreemden. Dat geeft overlast en klachten: hij blaft te veel, hij dreigt te veel en misschien bijt hij ook een keer. Pups beschikken over een aangeboren nieuwsgierigheid die moet worden gestimuleerd. Ze hebben voldoende ruimte en uitloopmogelijkheden nodig. Pups die opgroeien in een te kleine ruimte zonder uitloop zijn moeilijk zindelijk te krijg en. Als je fokker is aangesloten bij een rasvereniging heb je meer zekerheid. Goede rasverenigingen proberen de leden aan bepaalde fokregels te houden en zorgen ervoor dat de honden goed gevaccineerd zijn.
Opvoeding.
Socialisatie is niet hetzelfde als opvoeding. Socialisatie maakt van je pup een vriendelijke hond. Door de juiste opvoeding leer je controle krijgen over hem. Opvoeden start bij de jonge pup en gaat verder gedurende zijn hele volwassen leven. Opvoeden betekent ook dat je een hond leert hoe ver hij kan gaan en vooral hoe ver hij mag gaan. De basisprincipes van opvoeding zijn: beloon goed gedrag, negeer ongewenst gedrag. Belonen kan met een koekje, een vriendelijk woord. Heeft het gedrag van de hond voor hem een plezierig gevolg dan zal hij het opnieuw doen. Als een bepaald gedrag onaangename gevolgen heeft, is er meer kans dat hij het niet op nieuw zal doen. Straffen kan enkel als je hem op heterdaad betrapt.
Vroeger was men de baas over het doen en laten van de hond. Dit is nog steeds zo maar de manier waarop is erg veranderd. We hebben nu een positieve manier om onze hond te leren wat we van hem willen. De hond luistert omdat dat hem al het goede van het leven oplevert. Er komt een relatie van vertrouwen en samenwerking.
Een hond is een hond en kent geen andere manier van gedrag dat zijn hond-zijn hem ingeeft. Als hij aandacht, liefde en waardering voelt bij zijn training zal hij het door u gevraagde gedrag aanleren omdat hij dat echt wil en niet omdat hij dat moet. Een positieve training haalt het beste uit je hond en hij wordt je dikste vriend. Wij nemen een hond om er een goede relatie mee te hebben. In ruil voor aandacht en waardering wordt hij een fijne kameraad en zijn wij voor hem een fijne baas.